Waar liefde mensen samen brengt,
worden stenen een paleis,
de kille straat een lentetuin,
de hel een paradijs.
Een land van licht en zonneschijn,
een haard waar men zich warmt:
een overvolle beker wijn,
een mens die je omarmt.
De deur roept je een welkom toe,
een stoel staat voor je klaar;
de tafel is gastvrij gedekt,
een heerlijk avondmaal.
Een land van licht en zonneschijn,
een haard waar men zich warmt:
een overvolle beker wijn,
een mens die je omarmt.